Illustratie: Anne van Wieren

Henry en Hanneke zijn onze buren van de Zwaluw, ze zijn fervent vogelspotters en verblijven een paar keer per jaar in dit huisje van Staatsbosbeheer om tellingen te verrichten voor het Vogeltrekstation.

De hut waar vanuit ze dit doen ligt aan de Vinkenbaan midden in het riet en de velden van de Kroonspolders, het zijn kunstmatig aangelegd duinvalleien. Iedere ochtend om vijf uur vertrekken Henry en Hanneke met hun verrekijkers richting het rietland. Vandaag mochten wij een kijkje nemen bij hun werkzaamheden in en om de hut. We hadden verwacht dat Henry en Hanneke doodstil vanuit een boomhut zouden zitten turen door hun verrekijkers. Gehuld in camouflage outfit, het turfboekje in de hand: 1 kieviet,2 groenlingen, 528 meeuwen… Niets bleek minder waar; terwijl we fluisterend over het hek klommen en zo stil mogelijk richting de hut liepen, begroetten Henry en Hanneke ons uitbundig vanuit de hut (die overigens gewoon op de grond stond). We hoefden ons dus geen zorgen te maken dat we vogels weg zouden jagen door te hard op te praten. Bovendien kwamen onze stemmen amper uit boven verschillende in het riet verstopte gettoblasters. Deze waren verstopt in het riet verspreid over het terrein, er werden lokroepen afgespeeld om zo de vogels in de netten te lokken. De netten staan her en der in het land, en om van net naar net te lopen volg je een aantal smalle paden die je door het metershoge riet leiden. (Deze wandeling is overigens niet aan grote excursie groepen besteedt omdat de netten zo onzichtbaar zijn dat mensen er met bosjes in lopen.)

Henry en Hanneke halen de vogels uit de netten om ze vervolgens in kleine katoenen zakjes te doen, die ze dan aan een spijker in de hut hangen. Op een goede dag hangt de hut helemaal vol met zakjes vogel. Een wonderlijk schouwspel: tien wiebelende zakjes op een rij waar getjilp uit klinkt. Hanneke verteld dat de vogels door de zakjes heen met elkaar communiceren  door contactgeluiden te maken, korte klikkende geluiden.
Iedere vogel wordt door Henry vakkundig uit het zakje gehaald, je kunt zien dat hij door de wol geverfd is: ze ontsnappen hem niet, hij handelt snel en behendig zonder de vogel pijn te doen. Hanneke zit aan het bureau met de pen in de aanslag. Dan volgen een aantal handelingen die bij iedere vogel herhaald worden:

  • De vogel wordt geringd: zo kan met ontwikkeling bijhouden mocht hij nog eens gevangen worden en ook om de vogel te kunnen traceren op zijn trektochten. 
  • De soort en het geslacht worden bepaald, het ‘op geslacht brengen’ zoals Henry dat mooi noemt, hij bepaald dit aan de hand van de kleur van de veren van de vogel. Een vogel heeft geen piemeltje kennelijk, en zijn 2 in 1 poep- en plasgaatje wordt ‘cloaca’ genoemd. Wat je zoal niet leert hier op Vlieland.
  • De leeftijd wordt vastgesteld aan de hand van de vorm van de vleugels, ook wordt de lengte opgemeten en genoteerd.
  • Henry blaast zachtjes op het buikje van de vogel, hij doet dit om het lichaamsvet vast te stellen. De donsveertje gaan zo genoeg opzij om wat huid te zien, de huid is nagenoeg transparant en zo kun je het vetgehalte vaststellen.
  • Als laatste wordt de vogel gewogen en daarna wordt hij weer vrijgelaten door een luikje aan de achterkant van het bureau. Vroeger lieten Henry en Hanneke ze vrij door de deuropening maar dan vlogen ze soms direct weer de netten in, dus dat was niet zo handig.

We hadden mazzel omdat er vier verschillende soort waren gevangen die ochtend: een aantal zwartkoppen, een blauwborst, een groenling en een aantal baardmannen.