Leuk en aardig natuurlijk, dat Sarah Neutkens “de week van haar leven” had tijdens het naar haar vernoemde Kamp. Maar hoe hebben de gastmuzikanten de week op het eiland eigenlijk beleefd? Even bellen met Hampus Lindwall, Kika Sprangers, Berend Dubbe en Imre Ploeg van het Nederlands Kamerkoor. Kijk de documentaire over Het Kamp van Sarah Neutkens hier terug

Hampus Lindwall
“Sarah is heel makkelijk in de omgang, dus we konden goed praten over onze samenwerking. Ik kreeg het stuk voor ik naar het eiland ging, toen we daar waren gingen we op zoek naar het karakter van het stuk. Het stuk bestaat uit niet veel meer dan drie noten, dus je kunt het meteen spelen. Maar de compositie is eigenlijk een recept. Dat kun je ook niet eten. Het zijn instructies die je uit moet voeren om ze logisch te maken. Als je tijd doorbrengt met het materiaal, leer je het pas echt kennen en kun je er verschillende dingen mee doen. Je voelt je vrijer.”

“Het was erg fijn om op het eiland te werken. Je laat al je zorgen achter aan de wal, dus je bent echt in een andere wereld. Op een bepaalde manier hoor je het eiland terug in de muziek. Daarom vond ik het ook zo mooi dat Sarah had besloten het orgel van de kerk te gebruiken, dat maakt natuurlijk ook onderdeel uit van de omgeving.” 





Kika Sprangers
“Ik kende Sarah nog niet. Ik vond het eigenlijk wel leuk om eerst haar muziek te leren kennen en haarzelf pas daarna. In een periode van stilstand was dit echt een soort snoepreisje. Je bent de hele tijd bij elkaar, leert elkaar kennen en praat veel over de muziek. Vooraf hadden we veel open gelaten. Om dat te kunnen doen, moet je op elkaar vertrouwen. We voelden allebei dat er muzikaal veel raakvlakken waren en dat ik begrijpt wat ze schrijft, dat het me raakt.” 

“Ik heb het stuk solo gespeeld en meerdere lagen over elkaar opgenomen, dat was helemaal nieuw voor mij. Dat hebben we in het moment besloten. Ze had al zo’n mooi stuk geschreven dat ik me heel vrij voelde om dat naar mijn eigen hand te zetten, daar liet ze ook veel ruimte toe. Het was fijn om er samen aan te kunnen werken. Soms krijg je een stuk en is de componist er niet. En ik speel sowieso niet vaak stukken die speciaal voor mij gecomponeerd zijn. Ik componeer zelf ook muziek, maar als ik muziek van Sarah speel, speel ik anders dan als ik muziek van mezelf speel. Het is een verrijking van mijn spel.”





Berend Dubbe 
“Ik werd voor het kamp gevraagd door festivaldirecteur Ferry Roseboom. Ik wilde graag met Sarah werken en wilde er ook wel weer eens uit, na een jaar op m’n werkkamer. Voor ik het wist zat ik op de boot en in de kerk van Vlieland. Toen we elkaar ontmoetten vroeg Sarah of ik al wist wat ik ging doen. Ik had eigenlijk niet begrepen dat ik al een plan moest hebben. Dat vond ik niet zo erg. Een plan hebben is heel aardig, maar ik ben ook niet bang voor een beetje improvisatie. Toen werd me gevraagd of ik met een tekst wilde komen die zou passen op haar muziekstuk.”

“Ik ging aan de slag met een kort verhaal waar ik al jarenlang helemaal gek op ben, In Dreams Begin Responsibilities van Delmore Schwartz. Dat vind ik het mooiste korte verhaal dat er ooit geschreven is. Met stukken uit dat verhaal heb ik een eigen verhaaltje gemaakt, dat heb ik voorgelezen. Het paste ook meteen op de muziek, volgens mij hebben we maar twee takes gedaan. Ik heb nog nooit meegemaakt dat het zo organisch ging. Sarah is heel benaderbaar en ik vind haar muziek erg goed. Dat helpt. Muziek is me ook wel zo heilig en na aan het hart dat ik er wel van moet houden om mezelf er voor honderd procent in te kunnen storten.” 

“In principe zou je er ook voor kunnen kiezen om Sarah thuis de muziek te laten maken en mij de file te laten sturen. Maar daadwerkelijk bij elkaar zijn en in één dag alles opnemen, dat vond ik wel verfrissend. Normaal zit ik thuis met mijn computer en mijn software, nu ging ik met de boot en de trein naar een kerk op Vlieland om mensen te ontmoeten die ik nog niet kende. Dat had ik ook wel even nodig. En Sarah ook, dacht ik.” 





Imre Ploeg (Nederlands Kamerkoor) 
“We hadden allemaal nog nooit van Sarah gehoord, maar we waren blij verrast dat ze met het idee kwam om een versie van het Stabat Mater te maken. Samen met zanger en artistiek coördinator Jasper Schweppe ben ik gaan kijken naar de partituur die Sarah had gemaakt. We hebben in de weken voor het kamp een paar keer gebeld om haar tips te geven over wat vocaal goed werkt en waar nog uitdagingen zaten. Ze had bijvoorbeeld een hele hoge tenorpartij geschreven, die praktisch niet uitvoerbaar was. Omdat we over dat soort dingen al contact hadden gehad, konden we tijdens het kamp aan de details werken.” 

“Het Stabat Mater heet een gigantische geschiedenis, waardoor zangeres en componisten er allerlei associaties bij hebben. Maar ik merkte al snel dat Sarah er heel onbevangen in was gegaan. Dan lukt het ook om die geschiedenis los te laten. De muziek doet ook niet te veel denken aan de traditie van het Stabat Mater, het is echt haar muziek. Ik vind het juist mooi als jonge componisten zich verbinden aan zo’n tekst en kijken hoe ze die nieuw leven in kunnen blazen. Het hoeft niet alleen maar muziek voor kathedralen te blijven.”

“Op Vlieland hadden we mooi gesprekken die in lijn lagen met de sfeer van het stuk. Ik was er zelf al een paar dagen voor ik Sarah ontmoette, om uit te waaien. Het was bewolkt en mistig, en als je dan in je eentje over het strand loopt… Die sfeer past volgens mij heel erg bij het Stabat Mater, de melancholische tekst over Maria die weent om haar zoon. Alsof zo’n eiland zelf meehuilt.”


 



Foto's door Tom van Huisstede.