Met S10 op kamp: de ervaringen van de muzikanten

Sim Fane (Sam Lawalata, executive producer S10)
"We hadden al wat tracks liggen voor het album, maar een aantal dingen die we nog wilden maken hebben we expres voor Vlieland bewaard. Het was heel fijn om daar aan het album te werken met alle mensen die we hadden uitgenodigd. Als we vrije tijd hadden, konden we genieten van de mooie omgeving. Je hebt echt het gevoel dat je niet meer op de bewoonde wereld bent, dat is een hele fijne omgeving om in te werken." 

"Ik vond het heel leuk om dingen te doen die niet echt in mijn woordenboek zitten, om met mensen te werken die iets anders doen dat wat ik gewend ben. Als je bijvoorbeeld de synthesizers van Maarten (Vos, red.) combineert met mijn equipment, dan krijg je heel aparte dingen. Die combinaties zorgen ervoor dat de muziek uniek wordt." 

"Ik weet nog dat Jelte (Heringa, toetsenist van Moss, red.) een nummer maakte met Morien (van der Tang, red.), een hiphoproducer. Dat hebben we verder afgemaakt met Stien en GIAN, ik heb de outro gemaakt. Op zulke momenten kwam alles bij elkaar. Ik vond Remy (van Kesteren, red.) met zijn harp ook heel vet. Toen hij ging spelen, dacht ik: wow, dit is nog niet eerder gebeurd. Er zijn natuurlijk wel beats gemaakt van harpsamples, maar nu namen we echt een harp op en maakten we daar een beat mee. Door die live instrumentatie wordt de muziek een stuk organischer."


Sim Fane. Foto door Tom van Huisstede.

Koen van de Wardt (Klangstof)
"Ik kende Stien eigenlijk al best lang. We stonden ooit met Klangstof in het voorprogramma van Alt-J in de Ziggo Dome, volgens mij in 2016. Zij was daar ook bij, ik denk dat ze toen 14 of 15 was. Na de show kwam ze naar ons toe om een praatje te maken. Toen vertelde ze dat ze zelf ook muziek maakte en vroeg ze of ze een keer langs mocht komen in mijn studio. Ik heb destijds dus haar eerste nummer opgenomen, ze zong nog in het Engels en was eigenlijk een soort singer-songwriter. Ik weet nog dat ik een paar jaar later op Noorderslag was en haar daar ineens zag rappen. Het was heel leuk om te zien hoe iemand groeit, en heel tof om nu gevraagd te worden om mijn steentje bij te dragen aan haar album."

"Ik heb vooral veel met Maarten gewerkt. We hadden een set-up gemaakt in de school, De Jutter, omdat we natuurlijk veel te veel spullen mee hadden. Stien had twee demo's die ze heel graag op de plaat wilde, maar waar ze zelf niet echt iets mee kon. Het had iets meer een dromerige, gekke productie nodig. Toen zijn wij daar mee gaan stoeien. We hebben ons een beetje afgezonderd en hebben keihard zitten nerden. Aan het eind van de avond kwam Stien dan langs en lieten we horen wat we hadden gemaakt. Dat werkte heel goed eigenlijk, ik ben trots op wat we hebben gemaakt. Als je voor een andere muzikant werkt, heb je soms de neiging om dingen te maken waarvan je verwacht dat die ander er blij mee is. Maar bij Stien heb ik het gevoel dat we echt iets hebben gemaakt waar we allemaal blij mee zijn. Het is best dicht gebleven bij wat Maarten en ik normaal doen."

Navarone Cole (GIAN)
"Het meest inspirerende aan de ervaring was de chemie die er was, ondanks het feit dat niet iedereen elkaar kende. Zodra de ene persoon een melodie inspeelde, merkte je dat iemand anders daar op reageerde, dat er iets echt ontstond in de studio. Iedereen stond open voor elkaar en elkaars ideeën, dat zorgde voor een hele goede sfeer in de studio. Er konden grappen gemaakt worden, maar er was constant ook een bepaalde diepgang te voelen. Dat vond ik heel mooi." 

"Ik heb zelf veel met Jelte gewerkt, en met Morien, die het laatste album van Willem (Man In Nood, red.) produceerde. Ik vond het tof dat Jelte bepaalde dingen kon inspelen, dat Morien die dan kon importeren in zijn digitale bestand en dat dat dan weer zorgde voor inspiratie bij Stien en mij. Je voelt je zo veel vrijer als er meer mensen in één ruimte zijn die voor inspiratie zorgen." 

"De omgeving is daarbij natuurlijk heel belangrijk. Je bent even afgezonderd van de drukte van de stad, meer gefocust op wat je aan het doen bent. Soms gingen we even een rondje fietsen of hadden we een gesprek op het strand, en dan gingen we daarna weer de studio in. Al die kleine elementen zorgen ervoor dat je rustig bent en helder voor ogen kunt krijgen wat je wilt zeggen in een nummer."

Maarten Vos (cellist, componist en producer)
"Ik vind het altijd een leuke uitdaging om te werken met iemand wiens muziek ik nog niet ken, vooral als iemand uit een totaal andere hoek komt. Het is juist tof om de sound van diegene te combineren met mijn signatuur, om de sounds waar ik dag in dag uit mee werk ergens anders toe te passen. Het is daarbij alleen maar interessant als het niet zo vanzelfsprekend is. Koen en ik hebben een paar voorgeproduceerde tracks uitgewerkt. Het was heel tof om eindelijk met hem te werken, ook al was het voor iemand anders."

"Volgens mij vond Stien het vooral tof dat er veel live instrumenten bij waren. Een echte piano, mijn modulaire synthesizers. Haar producer, Sim Fane, werkt normaal gesproken veel met samples. Ik vind hem helemaal te gek. Hij heeft super toffe ideeën en het is vet om die terug te brengen naar akoestische instrumenten."

Maarten Vos en Remy van Kesteren tijdens Into The Great Wide Open 2018. Foto door Paulus van Dorsten.

Remy van Kesteren
"Ik was al fan van Stien, we hadden weleens contact via Instagram en ook al het idee om een keer iets samen te doen. Ik had haar al live gezien, maar tijdens het kamp ontmoette ik haar voor het eerst. Ik had nog nooit zoiets gedaan, maar het was een hele leuke ervaring. Ik kwam op zaterdagavond aan en heb toen iedereen ontmoet. Het klikte zo goed dat we meteen maar de studio in zijn gegaan. Volgens mij zijn we tot vijf uur 's nachts bezig geweest en was dat meteen het meest productieve moment van mijn tijd daar. We hadden het ene na het andere idee."

"Op een gegeven moment gingen Stien en ik even improviseren, puur met elkaar spelen. Ik begon wat akkoorden te spelen en zij begon daar overheen te zingen wat ze voelde. Het was heel bijzonder wat voor teksten er naar boven kwamen. Het was intens en mooi wat daar gebeurde. Daar kwamen twee liedjes uit voort. Gaaf om dat te kunnen beleven, juist tijdens zo'n kamp waar ook heel hard gewerkt wordt. Vlieland helpt daar natuurlijk bij. Ik ben helemaal verliefd op het eiland, ik kom er al mijn hele leven. Het is ideaal om 's ochtends een duik te nemen en dan aan het werk te gaan. Dat zou ik elke dag wel willen."

Mick Langenberg (gitarist S10)
"Ik ben de laatste twee dagen bij het kamp geweest, vooral om nog wat gitaar en toetsen toe te voegen aan tracks die bijna af waren. Ik vond het vooral interessant dat er meer instrumentalisten meewerkten aan de plaat. Dat brengt toch een heel andere vibe met zich mee dan een producer die op zijn laptop beats maakt, wat een hele kunst op zichzelf is. Door de aanwezigheid van mensen als Remy van Kesteren en Maarten Vos met zijn synthesizers, kreeg de muziek een diepere laag. Het is heel bijzonder als instrumentalisten die hun instrument al tien, twintig jaar meester zijn iets toevoegen aan een track. Toen ik hoorde wat er gemaakt was, dacht ik wel: dit is something special."

"Alle muzikanten die er waren, zijn best wel stadsmensen. Het gaf een extra dimensie om die omgeving te verlaten en ineens samen op een eiland te zitten, Mensen kwamen echt naar het kamp met een doel. Vlieland droeg honderd procent bij aan het maakproces."

"Op de laatste avond van het kamp deden we een livesessie. Het plan was eigenlijk dat we daarna naar huis zouden gaan, maar we waren eerder klaar en besloten toch nog even terug naar de studio in de brouwerij te gaan. Toen heb ik volgens mij in een uur de gitaarpartijen er achter elkaar uitgeknald. Dat was voor mij het moment dat alles op zijn plek viel."

Skiba. Foto door Tom van Huisstede.

Skiba (Dennis Westerhout, producer)
"Het was heel mooi om mee te gaan op het kamp. Ik was er in de laatste week, dus ik had al wat foto's en filmpjes gezien. Ik zou eigenlijk maar twee dagen gaan, maar ben uiteindelijk nog vier dagen langer gebleven, omdat het iets gezelliger was dan verwacht." 

"Ik had vooral een goede band met Wende. Ik had haar nog nooit ontmoet, maar het klikte meteen. Ik heb veel met haar gepraat. Niet alleen over muziek, maar ook over alles eromheen. Ik heb veel geleerd over haar werkwijze, maar het ging ook andersom: als ik Wende liet horen hoe wij werken, vond ze dat heel interessant, omdat dat voor haar helemaal nieuw was. Toen ik er was, waren Maarten Vos en Koen van Klangstof er ook. Zij maken ook heel harde dingen, tof om te zien hoe ze werken."

"Ik was twee keer eerder op Vlieland geweest voor shows, maar dan konden we nooit veel van het eiland zien. Nu hadden we alle rust om er muziek te maken. Je had bijna geen verbinding, dus als je naar buiten ging had je alleen de duinen. We hadden weinig aan ons hoofd en er was een goede sfeer, ook omdat we met veel mooie mensen waren. Het muziek maken was veel vrijer dan normaal. En het eten was heel lekker!"

Wende en Skiba. Foto door Tom van Huisstede.

Sor (Rosario Mussendijk) 
"Het was echt een leuk kamp. Stien en ik hebben in de studio en daarbuiten een prettige samenwerking. We praten altijd echt. Als artiesten samen zijn, praten ze vaak over nummers, albums, deals, releases. Maar Stien en ik hebben het gewoon over hoe we ons echt voelen. Tijdens het kamp kwamen we erachter dat we met dezelfde issues zaten, maar dan van de andere kant. We konden elkaar goed advies geven en dat gebruiken in het nummer dat we hebben gemaakt. Je hebt muzikanten met wie je muziek kunt maken en muzikanten met wie je muziek kunt maken én kunt levellen. Die tweede categorie is voor mij heel veel waard."

"Ik vond Maarten te gek, met zijn crazy synths. Ik hou daar echt van, dus ik was helemaal in mijn element toen hij er was. Ik wil werken met mensen met wie je mij niet zou verwachten. De logische samenwerkingen vind ik vaak te makkelijk. Ik vind het juist leuker om niet alleen maar hiphop te maken. Daar kick ik op. Daarom was het prettig dat Maarten er was."

Vlinders verschijnt op vrijdag 13 november via Noah's Ark.