Walter tipt: James Baldwin's Giovanni's Room
Blues in de literatuur
De wereld van James Baldwin zag er anders uit dan de wereld nu. Zijn debuut, Go Tell It On A Mountain, kwam in het jaar uit voordat rassensegregatie wettelijk werd verboden in de Verenigde Staten. Op de vraag of hij zich als jonge schrijver niet benadeeld had gevoeld door het feit dat hij arm, zwart en homoseksueel was, antwoordde Baldwin:
“No, I thought I had hit the jackpot. It was so outrageous, you had to find a way to use it.”
En dat deed hij. Baldwin’s oeuvre wordt gekenmerkt door zijn - ook persoonlijke - strijd tegen racisme, tegen seksisme, tegen geweld in politieke zin. Zijn tweede roman Giovanni’s Room (1956) is een onuitwisbare reflectie op wat politiek betekent in de liefde. In een tijd waarin homoseksualiteit niet alleen taboe was, maar ook illegaal, wordt hoofdpersonage David verliefd op Giovanni. Het Parijse nachtleven biedt een kleine vrijheid, maar David kan niet ontsnappen aan zijn eigen schaamte. Een schaamte die resulteert in angst om iemand echt lief te hebben.
Ja maar, jeetje, denk je nu; waarom zou ik een heel boek lezen over dit soort verdriet? Om dezelfde reden dat Fink al die platenzaken afstruinde. De menselijkheid die te lezen is in Giovanni’s Room en te horen is in de blues, is een menselijkheid waar ruimte is voor somberheid en kracht. Baldwin gaf met Giovanni’s Room een lyrische stem aan de meest onbesproken menselijke emoties, aan angst en schaamte. En die stem zingt de blues.
⟶ WALTER TIPT: Giovanni’s Room van James Baldwin, een mooie pocket van Penguin.