John Pirozzi, Cambodia/Frankrijk, 2014, 107 minuten
Terwijl in Vietnam de oorlog woedde, floreerde in Cambodja de jongerencultuur op het ritme van lokale rock, chansons en zelfs hippiepsychedelica.
Geïnspireerd door westerse muzikanten als de Beatles en de Bee Gees werd de ene na de andere prachtplaat uitgebracht. Maar de bloeiende muziekscène werd met de grond gelijk gemaakt toen in april 1975 de Rode Khmer de macht grijpt. Omdat dictator Pol Pot niets van muziek wilde weten, behoorden muzikanten tot de eersten die hij liet vermoorden. Zijn dictatuur kostte uiteindelijk een kwart van de bevolking het leven. Regisseur Pirozzi trok zeven jaar uit voor het uitspitten van deze heftige muziekgeschiedenis.